
Bezeten was ik, ik moest en zou in de hospederia van San Juan de Ortega overnachten. Het liep anders. Een les geleerd en een zorg minder. ´s Ochtends begon magisch, na een goed ontbijt met brood en marmelade vertrok ik wederom om 6.30 uur westwaarts door een dichte mist met zicht van slechts enkele tientallen meters. De paden waren modderig en mijn lang aangeritste broek heb ik gekortwiekt. Martin wilde vandaag graag op zichzelf lopen en ik merkte ook dat ik wellicht teveel aandacht had opgeëist. Het was goed voor de moraal en voor mijn avontuurlijke instinct. In mijn uppie maakte ik snel progressie. Door de mist accelereerde ik over de paden en passeerde vele pelgrims die ook met grote inspanning voortschreden. Achtereenvolgens scheerde ik langs de dorpen Tossantos, Espinosa, Ermita de San Felites en Villafranca. Niets deerde me, behalve enkele ruïnes en een veld met een boeket geurende paarse en gele bloemen. Onderaan een heuvel kwam ik langs de ruïne van het klooster van Sint Felix uit de 6e en 7e eeuw na Christus wat in de mist prachtig geaccenteerd was. In Villafranca zat ik op een bankje voor chocola en pardoes werd de mistsluier opgeheven en sijpelde het blauw door. Het was een goed getimed moment, want vanaf dit punt begonnen de mooiste kilometers naar San Juan de Ortega. Dit pad loopt over een oud tracé dat door de heilige San Juan de Ortega in de 12e eeuw is aangelegd om een andere route over de bovenloop van de Ebro te vermijden.
Het voerde over een weelderige bergkam met vele bloemen, heide en hoog kruinende bomen. Ondanks dat de snelweg slechts op enkele honderden meters afstand liep was het een spectaculair gedeelte met de mistsluiers nog zichtbaar in het dal. Ik pauzeerde niet en kwam om 11.20 uur aan in het dorp met het klooster waar al vele fietsende pelgrims zich verschanst hadden. Ik zat op een richel en ik werd gegroet door de pastoor in zijn zwarte pij. De kerk was prachtig met een grafmonument middenin de kerk, in laatgotiek uitgevoerd, daarnaast vele mooie beeldhouwwerken, waaronder een sarcofaag. De lokale bevolking zong een kleine mis in de middag. Aldaar zag ik dat de aubergue om 14.00 uur geopend was en ik begon te twijfelen of alleen de knoflooksoep en de plaats een slaapplek rechtvaardigden. Het werd een nee na een lange pauze. Ik besloot door te lopen. Ik ontmoette daarnaast de jonge Francaise Marion uit de omgeving van Lyon en Geneve en we besloten samen door te lopen naar Agés. De parochiale donativo aubergue was gesloten, dus werd het de private La Raja. Het is een prachtig pand met voor elke pelgrim een privékast in blokhutstijl. Morgen ga ik mijn kunsthart ophalen in Burgos.

Heej Boné!
BeantwoordenVerwijderenZoals Oscar Wilde ooit zei: ''Liever een Francaise dan knoflooksoep''.
Morgen ga je je kunsthart ophalen? Heeft je echte hart het begeven dan, en heb je een transplantatie nodig? Ik zou je pruik maar vasthouden, want die Pelgrims zijn je hart al voorbij!! Ohhhhhhh, wat ben ik erreg!!
Zaterdag met de beerisers naar Metallica, we zullen voor je knikkebollen, en denk eraan tijdens het lopen: 'Faster! Faster!'
Timmé