vrijdag 10 juli 2009

Santiago apostol


Ik ben er, het is volbracht. Vanochtend om 8.28 betrad ik de Plaza Obradorio, het immense plein voor de kathedraal van Santiago de Compostela. De nacht ervoor had ik in Monte de Gozo overnacht, een complex dat op de heuvel voor Santiago in het Heilige Jaar 1989 voor het bezoek van de paus was ingericht. De weg vanaf Arzua was lang, 34.6 km met een dicterende stijging die menig pees overuren deed draaien. 's Avonds kon ik daarentegen genieten van een eerste blik op Santiago, met de kathedraal verborgen achter de buitenwijken. Het complex Monte de Gozo kon meer dan 800 pelgrims herbergen. Qua structuur had het meer weg van barakken uit een zeker kamp, maar de kleine slaapruimten met acht personen en voldoende luchtcirculatie maakten het een comfortabele nacht. De avond ervoor in restaurant Sousas alvast de triomf gevierd met een speciaalbier van San Miguel en mercardios. 's Ochtends normale tijd rond 6.30 uur opgestaan en met Marku en Ilari de stad betreden. We poseerden met het naambord bij de entree van de stad en daarna was het zoeken naar de oude stegen en straten. Vanuit het niets passeerden we ogenblikkelijk het noordportaal, het pelgrimsportaal. Daarna door een poort de trap af met aan de rechterhand het Parador en ineens dook daar het Obradoreio op, de facade uit 1750. Ilari en ik voelden intense blijdschap omhelsden elkaar en wisten dat nu alles anders was. Eerst snel een pensionnetje geregeld, pension Estrela bij Praza San Martino. Daarna als de bliksem naar het pelgrimsbureau om het Compostela op te halen, waarvoor je eerst twee trappen omhoog moet alvorens je bij de balie voor het "papiertje" te melden. De doorstroom was vloeiend en twintig minuten later gaf ik mijn credenciales af aan een jongedame die mijn naam op het Compostela latiniseerde naar Casparius. Bij het document ook gelijk een koker voor kreukels gekocht, wat wel nodig is als ik straks doorreis naar Finisterra. 's Middags bijzondere ontmoetingen met de jongen die ik eerder bij Decazeville tegen het lijf liep en die mijn Frans met Spaans accent beschreef. Hij bleek eerder met Thomas te hebben gelopen, mijn kompaan uit Augsburg die in Saint Jean bleek te zijn doorgelopen en gisteren in Santiago was aangekomen. Ongelooflijk. Als ik die weer kon treffen. De mis in de kathedraal was prachtig. Ondanks de toeloop van de toeristen was het mooi geleid door een non met zwierende armgebaren tijdens de zang en enkele buitenlandse priesters die ons in de eigen taal toespraken, zo ook een Belgische pastoor. Dat moet vooral voor Ben, mijn Belgische maat die we weer troffen, een mooi moment van herkenning geweest zijn. Helaas slingerde de Botafumeiros vandaag niet, het enorme wierrookvat waarmee de kwade luchten van de pelgrims werden verdreven. Ik geef ze geen ongelijk. Acht man moeten het gevaarte bedienen. 's Middags in cafe Dakar gegeten, waar in een rotvaart van gang gewisseld werd. Ilari kwam de Korean Guy weer tegen om in 24 uur naar Finisterra te lopen. Ik doe het hem niet na, maar het toont wel de lef die hij tijdens de reis getoond heeft.

3 opmerkingen:

  1. Ik vind het geweldig: gefeliciteerd!!!
    Maar meer dan de afstand en de eindbestemming zijn het natuurlijk vooral alle bijzondere ontmoetingen, die je hebt gehad en alle ontberingen onderweg, die deze reis zo bijzonder maken. Mam

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Geweldig, Jasper! Wat een prestatie! We hebben genoten van je blog, niet alleen van je belevenisen maar ook van je taalgebruik. We hopen je de 19de te ontmoeten bij je ouders.
    Groeten - jok en ton

    BeantwoordenVerwijderen
  3. een late reactie: wauw! Gefeliciteerd met deze geweldige prestatie, niets dan bewondering voor deze prestatie en je doorzettingsvermogen hier..
    x Renée

    BeantwoordenVerwijderen